Geen geraniums en bingoavonden op de oude dag van Lidia van den Brom, maar genieten van haar kleinkinderen op de plek waar zij al jarenlang woont. Het is een mooie droom, die de Hilversumse nu leeft in een eigen stulpje in haar vertrouwde achtertuin. ,,Het is echt mijn paleisje’’, zegt zij met een grote glimlach.
Trots en tevreden kijkt Lidia om zich heen in haar tot mantelzorgwoning omgebouwde garage. Vanaf de moderne zitbank kijkt ze door de ramen, waar vroeger de garagedeur in en uit klapte, uit op het grote jaren dertighuis waar zij jarenlang met haar man Gé woonde. Het is nu het domein van dochter Angelique en haar gezinnetje, waarvan Lidia nu een belangrijk onderdeel vormt. ,,Ik haal de kinderen van school en we eten vaak gezamenlijk in de voorkamer van het oude huis. Maar we laten elkaar uiteraard wel vrij. We hebben allebei ons eigen leven hier’’’, vertelt Lidia. ,,We hebben nog wel wat aangepast. Eerst hadden we een gezamenlijk terras, maar dat was het toch niet. Nu heb ik ook mijn eigen knusse terrasje tussen de twee schuurtjes in. Zo kunnen we allebei vrij zitten als we willen.’’
Granny’s Appartment
Boven haar gezellige terras prijkt een blauw straatnaambordje met de tekst Granny’s Appartment Lidia’s Home 37A. De 67-jarige Hilversumse neemt onder het bordje plaats op haar comfortabele tuinloungebank. Een groot Boeddhabeeld prijkt in de hoek van het terrasje en aan de muur hangt een stijlvol geboetseerd hoofd van de spiritueel leider. Het is een herinnering aan haar enkele jaren geleden overleden man Gé. ,,Die vond dit soort beelden mooi. Hij heeft deze garage jaren geleden zelf gebouwd en meteen spouwmuren neergezet. Je weet maar nooit, zei hij. Misschien kan Angelique er ooit in wonen of wij zelf. In zijn laatste jaren hebben we het er nog vaak over gehad. Gé stelde ook al aan Angelique en onze schoonzoon Maarten voor om ons huis te kopen en de garage om te bouwen tot huisje voor ons. Door zijn ziekte kwam het er niet meer van, maar hij heeft nog wel meegemaakt dat onze dochter de knoop heeft doorgehakt om haar ouderlijk huis te kopen. Dat is wel speciaal voor mij.’’
Mantelzorgwoning
De gesprekken met de gemeente verliepen in het begin wat stroef, maar uiteindelijk kreeg de familie Van den Brom toestemming om de garage om te bouwen tot mantelzorgwoning voor de zorg behoevende Lidia. ,,Ik heb vooraf wel gezegd dat ik niet in een krotje wilde wonen. Anders deed ik het niet’’, lacht Lidia. ,,Maarten is aannemer en heeft met zijn collega’s de garage helemaal verbouwd. Ze hebben het echt prachtig gedaan!’’ Uit de kast pakt zij een fotoalbum van de bouw van het huisje en toont een foto van de beginfase. Een kale garage met standaardafmeting. ,,Ik kon mij toen moeilijk voorstellen dat hier een woonkamer en open keuken in zou passen. Het leek zo klein! Maar kijk nu eens. Ik ben er echt heel blij mee.’’ De garagedeur is vervangen door een laag muurtje en een mooie raampartij, die veel licht binnen brengt in de fris wit geschilderde woonruimte. De ruime zithoek past moeiteloos in het interieur. ,,Ik wilde persé een slaapbank, want ook al woon ik in de achtertuin de kleinkinderen vinden het geweldig om bij oma te komen logeren.’’
Veilig gevoel
De moderne keuken is van alle gemakken voorzien en efficiënt aan de achterzijde van de garagewoning geplaatst. ,,Ik heb echt alles hier, zelfs vloerverwarming. Ik heb alleen geen eethoek, maar dat is niet echt een gemis. We eten vaak samen in het oude huis en als de kleinkinderen hier zijn vinden ze het hartstikke leuk om aan de eetbar te eten.’’ De slaap- en badkamer zijn gebouwd onder de voormalige overkapping, waardoor Granny’s Appartment iets meer dan dertig vierkante meter aan woonoppervlakte heeft. Lidia was al snel gewend aan de kleine ruimte. ,,Ik vind het echt heerlijk. Alles is gelijkvloers en het is overzichtelijk. Dat geeft ook een veilig gevoel. In het oude huis vond ik het alleen wel eens beangstigend. Dan hoorde ik een geluid beneden en dacht ik ‘er zal toch niet iemand zijn’.’’
Iets terug doen
Aan de muur in de woonkamer hangt een fotocollage van de kleinkinderen, dochter en schoonzoon en haar man Gé. Een stijlvol glazen whiteboard met daarop doktersafspraken, noodnummers en bosjes afsprakenkaarten siert de keukenmuur. Een mantelzorgwoning, zoals een mantelzorgwoning hoort te zijn. ,,Het is fijn dat ik in mijn oude vertrouwde omgeving kan blijven wonen en op deze manier kan rekenen op de steun van mijn dochter en haar gezinnetje. Gelukkig ben ik nu nog wel in staat om ook wat terug te doen. Ik kook af en toe en kan de kleinkinderen nog van school halen. Straks komen er vast ook weer wat vriendjes mee om in het zwembadje te plonsen. Daar geniet ik van. ’’ Vlak voor het afscheid wijst Lidia nog even naar haar eetbar. Daarop pronkt een Happy Boeddha, die meer blijkt te zijn dan een ode aan de geestelijk vader van Lidia’s Home. ,,Weet je wat het is?’’, vraagt zij glimlachend. ,,Dat is Gé. Het is zijn urn. Het valt niemand op, maar zo wonen we hier toch nog een beetje met z’n tweetjes.’’
Dit interview en meer foto’s zie je in Klein Wonen Magazine 2, dat je hier gratis kunt downloaden.