De komende jaren in Nederland 20.000 hectare nieuw bos met daarin 60.000 tiny houses realiseren op voornamelijk landbouwgrond. In 2018 worden veel mensen blij van dit plan. Het klinkt dan ook als een win-win-win-situatie voor de woningmarkt, het klimaat en boeren zonder opvolging. Het destijds in het leven geroepen Testlab Nieuwe natuur en klein wonen concludeert na 2 jaar dat het bouwen op agrarische grond een weg van de lange adem wordt, maar dat er zeker ook beweging is op weg naar een doorbraak. Wat te denken van de 10.000 tiny houses die in het project De Peel Natuurdorpen worden gerealiseerd?
Nederland heeft te weinig bossen voor natuurlijke koolstofopslag, dus zijn nieuwe bossen met het oog op de nieuwe klimaatdoelen wenselijk. In opdracht van onder meer de Ministeries van Landbouw, Natuur & Voedselkwaliteit en Economische Zaken & klimaat schrijft het Instituut Maatschappelijke Innovatie (IMI) in 2018 het rapport Nieuw Bos en Klein Wonen. Hierin geeft het instituut een recept met als ingrediënten 3 belangrijke hoofdpijndossiers: de afnemende agrarische activiteit, de nijpende woningmarkt en het tekort aan koolstofopslag. Boeren kunnen hun ongebruikte weilanden en akkers omtoveren tot nieuwe (voedsel)bossen en deze rendabel maken door er tiny houses te realiseren. Een plan dat even simpel als geniaal klinkt. Op initiatief van het IMI en projectbureau De Natuurverdubbelaars komt er een Testlab Nieuwe natuur en klein wonen en het project maakt een vliegende start als de gemeenten Wageningen, Zwijndrecht en Nijmegen en een tweetal organisaties zich enthousiast aanmelden.
Nu, 2 jaar later, blijkt er bij lokale en regionale overheden toch nog steeds een forse rem op het enthousiasme te zitten. ,,De reacties wisselen erg per provincie en gemeente. Het idee van investeren in biodiversiteit en landschappelijke kwaliteit vinden ze vaak interessant, zeker gezien de grote opgaven in het landelijk gebied. Het toestaan van een woonfunctie op agrarische grond past echter vaak niet in het huidige beleid en kan gevoelig liggen. Ook kan het zo zijn dat een gemeente er wel iets in ziet, maar de provincie niet, of andersom. Bovendien ontbreekt het op veel plekken aan de capaciteit om dergelijke vernieuwende plannen echt goed uit te werken. Daarbij kunnen wij vanuit het Testlab gelukkig ondersteunend zijn’’, vertelt Daan Groot, die namens De Natuurverdubbelaars betrokken is bij het Testlab. Hij ziet desondanks lichtpuntjes. ,,Nu gemeenten en provincies merken dat de tiny house-beweging blijvend is én steeds meer knelpunten in het landelijk gebied zichtbaar worden, lijkt er wel op meer plekken beweging te komen. Maar de functiecombinatie van natuur en tiny houses is er één van de lange adem, dat is inmiddels wel duidelijk.’’
Bij de start van het Testlab wordt veel verwacht van de op handen zijnde nieuwe Omgevingswet, die lagere overheden meer vrijheden moet bieden op het gebied van ruimtelijke inrichting. Nu deze wet al enkele keren is uitgesteld lijkt dit niet mee te werken voor het Testlab, maar volgens Daan hoeft dit geen forse rem op de ontwikkelingen te betekenen. ,,Hoewel het aantrekkelijk kan lijken om te wachten op de nieuwe Omgevingswet, geldt in veel gemeenten dat de omgevingsvisie in de eerste aanleg vooral nog stapeling is van bestaand beleid. Het opstellen van nieuw beleid valt niet 1 op 1 samen met de invoering van de Omgevingswet. Wel is het van belang om het ijzer te smeden wanneer het heet is. Als een gemeente nu bezig is met de herziening van de omgevingsvisie of een subonderdeel, dan is het slim om ook functiecombinaties als nieuw bos en tiny houses op de agenda te zetten. Daarvoor zetten wij ons vanuit het Testlab in, maar ook bewoners en initiatiefnemers kunnen zich daarvoor inzetten.’’
Of de beoogde 20.000 hectare nieuwe natuur en 60.000 tiny houses er ook echt gaan komen blijft uiteraard koffie dik kijken, maar het Testlab gelooft erin. ,,Het is een flinke ambitie. Maar wat we er vooral mee willen uitdragen, is dat het zou kunnen in ons kleine landje. Er is heel weinig aandacht voor de mogelijkheid om verschillende vormen van grondgebruik te combineren. De komende periode gaan we nog een aantal gebieden selecteren die we, naast De Peel Natuurdorpen, verder gaan helpen. We hopen dit jaar op een doorbraak. Een plek waar het lukt om een grondeigenaar, de gemeente, provincie en toekomstige tiny house-bewoners op een lijn te krijgen en hun dromen en ambities te verwezenlijken. We hopen dat een aantal gemeenten en provincies het aandurft om een serieuze verkenning te doen en na te denken over wat er wel kan in plaats van wat niet en daarmee de bodem te leggen voor realisatie.’’
Het volledige artikel is te lezen vanaf pagina 34 in editie 12 van Klein Wonen Magazine